Placebo
Ik belde naar de huisartspraktijk voor de jaarlijkse aanvulling van mijn voorraad codeïne, waar ik uit put als ik de Hoest heb, zoals nu.
Nachtelijke hoestbui
‘Heb je koorts? Voel je je ziek? Ben je misselijk?’ vroeg de assistente.
Weet ik niet, ja, nee, zei ik en ik probeerde niet te veel te hoesten, maar ook niet te weinig, want ik wilde wel laten horen dat ik die codeïne heel erg nodig had.
‘Ik wil dat je naar het spreekuur komt,’ zei ze.
Dat was een onverwachte wending. Ik durfde niet te protesteren. Dus toog ik, met mijn zieke dochter in mijn kielzog, in meewerkende modus naar de huisarts.
De co-assistent ontving ons vriendelijk. Ik legde uit dat mijn codeïne opraakte, en dat ik een nieuw recept wilde. Hij vroeg of codeïne mij goed helpt, en of ik wel eens wat anders heb geprobeerd.
Nou is het zo dat ik in de afgelopen vijfentwintig jaar alles heb geprobeerd tegen hoest wat los en vast zit. Ik weet inmiddels dat niets helpt, behalve rechtop zittend slapen en bidden dat het snel over gaat.
En met codeïne slaap ik een paar uur extra voor de eerste nachtelijke hoestbui losbarst. Dus dat zei ik.
Rustig
Hij luisterde naar mijn longen, checkte mijn saturatie en constateerde een lichte verhoging in mijn oor.
‘Ik ga even overleggen met de huisarts,’ zei hij.
Amechtig van het verplichte zuchten hing ik in mijn stoel. Het wachten duurde lang.
‘Ik zal ze voorschrijven,’ zei hij bij zijn terugkeer, nog steeds vriendelijk, ‘maar ik moet er wel iets bij zeggen. Er is geen enkel wetenschappelijk bewijs dat codeïne werkt tegen een hoestprikkel.’
Oh.
Werd ik daar nou ter plaatse voor gek verklaard?
‘Waarom schrijven jullie het nog voor?’ vroeg ik, ietwat onthutst, ‘En wat doet het dan wel?’
‘Het is een opiaat, het maakt mensen rustig, net als een oxazepam,’ zei hij. ‘En sommige mensen staan er nou eenmaal op dat ze het krijgen, ook al werkt het niet.’
Ik had er eentje op, maar ik voelde me helemaal niet rustig. En ik vond het een beetje gênant om de nieuwe codeïne nu nog aan te nemen.
Mijn dochter vroeg wat een placebo was. Ik legde haar omstandig uit wat dat was, om de co-assistent te laten merken dat ik echt niet alleen maar gek was, maar het antwoord boeide haar niet.
Versuft
‘Het enige dat wetenschappelijk bewezen werkt tegen hoest is honing,’ zei de co-assistent.
De apothekersassistente vulde en stickerde werktuigelijk een doosje pillen voor me.
‘Je mag er eentje per dag, in de avond,’ zei ze, ‘en pas op, je wordt er een beetje versuft van. Maar daar merk je niks van, want je gaat toch slapen.’ Haar blik zei: ‘Daar heb je er weer zo een, waar we codeïne aan meegeven terwijl het niet helpt, en iedereen maar klagen over de te hoge ziektekosten.’
In de bijsluiter, die ik snel checkte, stond nog steeds dat codeïne hoestprikkeldempend was.
Citroen
Hoewel ik graag weer in mijn bed wilde liggen haalden we in de supermarkt honing, en toch ook maar wat verse gember en een citroen, om thee van te zetten, al had de co-assistent het daar niet over gehad.
‘Ik weet niet wat dit is, mevrouw,’ zei de kassière, wijzend op de citroen in haar hand.
‘Een citroen,’ antwoordde ik hulpvaardig.
‘Dat weet ik’, zei ze, ‘Ik doelde op dit donkere plekje, hier op de schil.’
Oh.
Sorry.
Deze ochtend verloor in rap tempo zijn glans, al was dat niet wetenschappelijk bewezen.
Wat kun je toch een hoop onbegrip krijgen op één dag. Sukkels zijn het, allemaal. Ook niet wetenschappelijk bewezen, maar toch is het zo!
Nou, bij de kassa was ik vooral zelf de sukkel, door te denken dat zij niet wist wat een citroen is. Ze nam het gelukkig goed op 🙂